preheader tnn

header website

EXPAND studie: siponimod geeft significante risicoreductie van invaliditeitsprogressie bij patiënten met SPMS

Tijdens de EAN 2017 presenteerde Vermersch at al. de effectiviteitsdata van de EXPAND-studie waarin siponimod werd vergeleken met placebo bij patiënten met secundair progressieve MS (SPMS). Siponimod is een nieuwe, selectieve modulator van de S1P1- en S1P5-receptoren en remt het uittreden van lymfocyten uit de lymfeklieren. Siponimod kan de bloed-hersenbarrière passeren en heeft wellicht daardoor ook effecten in het centraal zenuwstelsel. Een eerdere fase II-studie bij patiënten met SPMS heeft laten zien dat siponimod het aantal actieve MRI-laesies na 3 maanden reduceerde met 72% en tevens een reductie gaf van het jaarlijks relapspercentage (‘annualized relapse rate’, ARR) van 66% na 6 maanden.1

In de dubbelblinde, fase III EXPAND-studie werden 1.651 patiënten geïncludeerd die 2:1 werden gerandomiseerd tussen siponimod (2mg, n=1.100) of placebo (n=546).2 Het primaire eindpunt van deze studie was de tijd tot een 3-maanden bevestigde invaliditeitsprogressie (‘confirmed disability progression’ CDP), vastgesteld door de ‘Expanded Disability Status Scale’ (EDSS). Secundaire eindpunten geanalyseerd in deze studie waren tijd tot bevestigde verslechtering (≥20%) ten opzichte van het basisniveau in de ‘Timed 25-foot Walk test’ (T25FW), veranderingen in het volume van T2-laesies ten opzichte van het basisniveau (T2LV), ARR, ‘12-item MS Walking Scale’ (MSWS-12), aantal T1- en T2-Gd+ laesies, percentage verandering in hersenvolume (PBVC), en het bijwerkingenprofiel.

Behandeling met siponimod resulteerde in een risicoreductie van 21% op 3-maanden CDP ten opzichte van placebo (HR [95% CI]: 0,79 [0,65, 0,95]; p=0,013). In vooraf gedefinieerde subgroepen, waaronder patiënten zonder relapses in de 2 jaar voorafgaand aan inclusie in deze studie en patiënten zonder Gd+ laesies bij aanvang, werd er ook een voordeel voor siponimod waargenomen. De risicoreducties voor T25FW, 6-maanden CDP, ARR, aantal T1- Gd+ laesies, nieuw aantal T2 laesies zijn respectievelijk 6,2% (p=0,440), 26% (p=0,006), 55,5% (p<0.0001), 86,6% (p<0.0001), 81% (p<0.0001). Relatieve verschillen in veranderingen van basisniveaus in T2LV, MSWS-12 en PBVC waren respectievelijk 79,1% (p<0,0001), 39,7% (p=0,057) en 23,4% (p=0,0002).

Kortom, deze resultaten laten zien dat behandeling met siponimod een significante risicoreductie geeft van de invaliditeitsprogressie en andere relevante uitkomstmaten voor patiënten met SPMS ten opzicht van placebo. Verder is het bijwerkingenprofiel van siponimod vergelijkbaar met dat van andere S1P-receptormodulatoren.

Referenties

1 Selmaj K, Li DK, Hartung HP, et al. Siponimod for patients with relapsing-remitting multiple sclerosis (BOLD): an adaptive, dose-ranging, randomised, phase 2 study. Lancet Neurol. 2013 Aug;12(8):756-67
2 Vermersch P, Bar-or A, Cree B, et al. The EXPAND study results: Efficacy of siponimod in secondary progressive multiple sclerosis. EAN 2017, oral presentation, abstract O1217

 

Spreker Patrick Vermersch

Vermersch

Patrick Vermersch, MD, PhD, neuroloog, University of Lille, Lille, Frankrijk


Zie: Keyslides

Naar boven