Visualisatie van de niet-motorische aspecten van de ziekte van Parkinson
Naast de bekende motorische problemen die kenmerkend zijn voor de ziekte van Parkinson, is de ziekte ook geassocieerd met niet-motorische complicaties. Deze complicaties omvatten ondermeer dementie, psychiatrische problemen zoals depressies en psychoses, slaperigheid overdag, REM-slaap afwijkingen, chronische vermoeidheid en dysautonomie. Niet-motorische complicaties treden op wanneer zich Lewy lichaampjes vormen ter hoogte van noradrenerge, serotonerge en cholinerge transmittersystemen, de dorsale nucleus van de nervus vagus en de limbische cortex. Om de patronen van deze metabole en neurotransmittergerelateerde verstoringen die geassocieerd zijn met niet-motorische complicaties van de ziekte van Parkinson te visualiseren kan men gebruik maken van moleculaire beeldvormingstechnieken zoals positronemissietomografie (PET) en single photon emission computed tomography (SPECT).
Zo is dementie bij de ziekte van Parkinson geassocieerd met het verlies van de frontale dopaminerge en cholinerge functie. Depressies treden dan weer op wanneer de limbische dopaminerge en noradrenerge functies verstoord worden. Daarnaast werd ook een correlatie aangetoond tussen de Cornell depressiescore en verlies van cholinerge functie. Impulscontrolestoornissen komen voor bij de ziekte van Parkinson wanneer patiënten excessieve hoeveelheden ventrale striatale dopamine aanmaken in ‘beloningssituaties’ en er geen activatie optreedt van de orbifrontale cortex die saillantie en beoordeling reguleert. Deze excessieve ventrale striatale dopamineproductie wordt ook waargenomen bij Parkinson patiënten die verslaafd raken aan levodopa.
Ook kunnen daarnaast bepaalde slaapstoornissen gevisualiseerd worden. Zo blijkt dat slaapstoornissen bij de ziekte van Parkinson niet gecorreleerd zijn met verlies van de nigrostriatale dopaminerge functie, maar dat de duur van de REM slaap wel wordt bepaald door de voorraad tegmentale dopamine in de middenhersenen. Verder werd aangetoond dat chronische vermoeidheid bij Parkinson patiënten niet geassocieerd is met een verlies van de dopaminerge functie, maar wel met een verlies van serotonerge functie in de basale ganglia, de thalamus en in limbische structuren. Ook kon worden aangetoond dat vermoeidheid overdag (‘daytime somnolence’) geassocieerd is met een verlaagde serotonerge functie in de raphe nuclei van de hersenstam (de dorsale en mediale raphekernen).
Uit dit alles blijkt duidelijk dat niet enkel dopamine van belang is bij de ziekte van Parkinson, maar dat ook cholinerge, serotonerge en noradrenerge neurotransmissie een belangrijke rol spelen. “Dopaminesubstitutietherapie alléén zal dan ook slechts een beperkt deel van de niet-motorische problemen bij Parkinson patiënten kunnen verhelpen,” concludeerde Brooks.
Referentie
Brooks DJ, et al. Imaging non-motor aspects of PD. Presented at MDPD 2012, abstract #550.